maandag 10 mei 2010

Slimmerik en Onderzoeker

Slimmerik weet helemaal niet waar hij het over heeft; alles heeft hij afgekeken bij het werk van Onderzoeker. Alles wat hij kan weten, moet Onderzoeker ontdekken. Hij babbelt er alleen maar over, hij kan niet ophouden met praten. Hij doet heel de tijd alsof hij heel interessant is. Eigenlijk is hij heel dom, hij doet alsof.

Onderzoeker is iemand van weinig woorden, geen woorden eigenlijk, maar wel veel vragen waar hij meteen een antwoord op zoekt. Hij voelt zich het meeste thuis waar veel te doen is en te ervaren. Dat kan ook een plek zijn waar veel mensen zijn, daar stoort hij zich helemaal niet aan. Niet om te babbelen maar om te onderzoeken.

Het enige waar Onderzoeker zich aan stoort is Slimmerik. Hij houdt hem steeds van z'n werk met allerlei vragen waar hij geen antwoord op heeft. Hij kijkt bij iedere vraag Slimmerik even aan en kan het niet laten zijn schouders op te halen. Dat is nu toch ook niet belangrijk? Slimmerik vindt natuurlijk van wel en onuitstaanbaar dat Onderzoeker niet meedoet. Neemt hij hem soms niet serieus?!

Het enige wat Slimmerik kan doen om z'n zin te krijgen, is plagen en sarren. Antwoorden krijgt er niet mee, maar zo heeft hij tenminste de aandacht. Onderzoeker gaat ervan briesen en snuiven en maakt driftig van alles kapot wat binnen handbereik is. Hij raakt helemaal gefrustreerd en als hij alles heeft stuk gemaakt, is hij verdrietig. Slimmerik vindt het prachtig want hij weet precies waarom: "Zie je wel hoe dom je bent!" krijst Slimmerik. Onderzoeker gromt en schokt onbedaarlijk.

Slimmerik zou beter heel goed opletten en het Onderzoeker naar de zin maken. Dan is Onderzoeker blij dat hij lekker z'n gang kan gaan. Zo leert Slimmerik er allerlei nieuwe feitjes bij waarmee hij op feestjes indruk kan maken. Of een boek kan schrijven. Als Slimmerik zou toegeven dat hij eigenlijk heel dom is, zou hij heel slim blijken te zijn..